Skip to content Skip to sidebar Skip to footer

First responder bno beschermt Albemarle

De first responder bno-community heeft er weer een lid bij. Albemarle Catalysts Company in Amsterdam bouwde de afgelopen jaren zijn bhv-plus-organisatie om tot een bedrijfsnoodorganisatie nieuwe stijl. Natascha Kooijman overhandigde op 16 januari namens NIBHV het certificatieschild aan Erik Bosscher, manager Security en Emergency Response en Safety Advisor bij Albemarle. De bekroning van twee jaar hard werken aan een interne hulpverleningsorganisatie die voldoet aan de eisen van het bedrijf en van de overheidstoezichthouders inzake industriële veiligheid.

Het terrein van Albemarle strekt zich uit langs het IJ in Amsterdam-Noord. Het bedrijf maakt katalysatoren voor de raffinage van ruwe olie tot brandstoffen. Katalysatoren zijn chemische hulpstoffen die in raffinaderijen onder meer worden toegepast om bijvoorbeeld grote koolstofketens van ruwe aardolie af te breken tot kleinere moleculen of de ruwe olie te ontdoen van verontreinigingen. Er zijn niet veel producenten die deze katalysatoren maken, zodat Albemarle een belangrijke schakel is voor de Nederlandse chemiesector. Het bedrijf heeft daarom alle baat bij een up-to-date parate bedrijfsnoodorganisatie die snel in actie kan komen bij incidenten om de effecten op mens en milieu en de bedrijfsprocessen te minimaliseren.

Van bedrijfsbrandweer naar bhv-plus

Er is de afgelopen decennia veel gebeurd bij Albemarle, dat vanwege de aard van de aanwezige chemische stoffen valt onder het Besluit Risico’s Zware Ongevallen (Brzo). Het bedrijf had van oudsher een klassieke bedrijfsbrandweerorganisatie, die qua materieel en opleidingsniveau was geënt op de eisen voor de overheidsbrandweer. Met twee bemande tankautospuiten was de bedrijfsbrandweer voor pakweg drie kwartier ‘self supporting’ bij brand en andere incidenten op het terrein, in afwachting van de komst van eenheden van de overheidsbrandweer.
Zo’n tien jaar geleden veranderde de inrichting van het terrein drastisch. Een deel van de oude productiegebouwen, waaronder een zwavelfabriek, werd gesloten en gesloopt, waardoor het brandrisico sterk afnam. “Die veranderingen maakten een bedrijfsbrandweer niet meer noodzakelijk en mijn voorganger wilde die ombouwen tot een bedrijfshulpverleningsorganisatie met een pluspakket”, legt Erik Bosscher uit. “Dat mocht van het bevoegd gezag, mits er aanvullende maatregelen werden genomen aan de bron. De bronmaatregelen werden genomen en daarmee kwam de bedrijfsbrandweeraanwijzing te vervallen. Het materieel van de bedrijfsbrandweer werd afgestoten en de beoogde verzwaarde bhv-plus-organisatie werd een feit.

De belangrijkste taken van de bhv-plus-organisatie werden ontruiming en begidsing van de overheidsbrandweer. Voor de taak incidentbestrijding gevaarlijke stoffen kwam er een apart calamiteitenteam. Brandbestrijding was niet langer een taak van het bedrijf maar van de Amsterdamse brandweer. Naast de bhv-plus-organisatie bestond een apart ehbo-team.

Van bhv-plus naar bedrijfsnoodorganisatie

Enkele jaren geleden wilde Albemarle de bhv-plus-organisatie nog verder verbeteren. In het bijzonder wat betreft de kwaliteit en structuur van opleiden, trainen en oefenen. Bosscher werd in zijn nieuwe functie verantwoordelijk voor het verbeteringsproces.
Bosscher: “We begonnen zo’n drie jaar geleden met de eerste stap: het actualiseren van de risico-inventarisatie en -evaluatie voor het totale terrein. Wat zijn onze kenmerkende risico’s? Wat voor type hulpverleningsorganisatie hoort daarbij? Hoeveel mensen moet die hebben en welke uitrusting en kennis hebben zij nodig? We brachten alle potentiële risico’s in kaart en wisten het aantal incidentscenario’s terug te brengen van circa honderd naar zeven incidentgroepen. Maatgevende scenario’s zijn onder andere brand, het vrijkomen van gevaarlijke stoffen, bedrijfscontinuïteit en security. We stelden vast dat de bhv-plus-organisatie en het oefenbeleid nog beter konden worden gestructureerd en dat we toe waren aan een modernere bedrijfsnoodorganisatie, afgestemd op de feitelijke risico’s en scenario’s op basis van de RI&E. Op dat moment waren op verschillende plaatsen in het land al first responder bno-organisaties actief en wij besloten ons nader op dat model te oriënteren. We bezochten een collega-bedrijf om te zien hoe zij hun veiligheidsbehoefte met zo’n nieuwe bedrijfsnoodorganisatie konden afdekken. Wat we zagen maakte ons enthousiast. Een goede structuur, kwalitatieve opleiding en training, gebaseerd op heldere competentieprofielen van de hulpverleners. Dat sprak ons aan.”

Alle hulpverleningstaken geïntegreerd

Om alle taken, middelen en competenties goed in kaart te brengen werd een bedrijfsnoodorganisatie RI&E opgesteld. Deze vormt de basis van de gehele noodorganisatie.

In 2018 ging het opleidingstraject van start en werden in totaal zestig first responders bno volgens het competentieprofiel opgeleid en getraind. Vijftig mensen kwamen over uit de bestaande bhv-plus-organisatie en er werden tien nieuwe medewerkers geworven. Het opleidingstraject was volgens Bosscher een behoorlijke uitdaging qua planning, omdat het in het vijf-ploegen werkschema van Albemarle moest worden gerealiseerd. Opleiding en training gebeurt onder werktijd. In samenwerking met NIBHV en de opleider werden de functie- en competentieprofielen opgesteld en daarna kon de opleider aan de slag. Vijf dagen modulaire opleiding volgden, waarbij in opeenvolgende les- en praktijkblokken onderwerpen als incidentbestrijding gevaarlijke stoffen (chemicaliënpak en onafhankelijke ademlucht, levensreddend handelen in een complexe chemische werkomgeving en redding uit besloten ruimten) werden afgewerkt.

Bosscher: “In de nieuwe bno-structuur zijn al onze interne hulpverleningsfuncties in één first responder bno-team geïntegreerd. Er is geen apart calamiteitenteam meer voor chemicaliënpakinzet, geen apart ehbo-team, en ook geen aparte bhv- en ontruimingsorganisatie meer voor het kantoorgebouw. De first responder bno organisatie voert het hele pakket uit. In het opleidingstraject liepen we tegen dezelfde vragen aan waarmee ook andere first responder bno-organisaties te maken hebben. Wat zijn je mogelijkheden en beperkingen als first responder bno-team? Waar ligt de grens van wat we met onze capaciteit, kennis en middelen kunnen behappen? Een belangrijke aspect dat we onderkennen is dat we bij brandbestrijding geen rol spelen, afgezien van beginnende brandjes die we met kleine blusmiddelen aan kunnen. De belangrijkste brandscenario’s in de fabrieken worden namelijk afgedekt door bronmaatregelen. Onze rol is dan vooral het van buiten afsluiten van afsluiters van chemische stoffen, gas en elektriciteit. Is alsnog brandweerinzet nodig, dan treden wij op voor het gidsen, informeren en ondersteunen van de overheidsbrandweer.”

Incidentbestrijding gevaarlijke stoffen

De meest in het oog springende taak van het first responder bno-team van Albemarle is de inzet voor incidentbestrijding gevaarlijke stoffen. Het betreft werkzaamheden als het stoppen van lekkages, dichtdraaien van afsluiters en voorkomen dat lekkende vloeistoffen in het milieu of het oppervlaktewater terechtkomen.

Erik Bosscher (links) ontvang uit handen van Natascha Kooijman (NIBHV) het FiRe bno-keurmerk.

Alle first responders bno zijn opgeleid voor het werken met een chemicaliënpak. Ook het ontsmetten van de teamleden na de inzet wordt door de eigen organisatie uitgevoerd met mobiele ‘basic’ ontsmettingsvoorzieningen. De parate sterkte voor het first responder bno-team is vastgesteld op vijf man, met het oog op de chemicaliënpaktaak en het redden van mensen uit besloten ruimten. Bij zo’n inzet gaan twee first responders bno naar binnen en blijven er twee buiten als ‘stand-by team’ voor noodgevallen en ter ondersteuning. De vijfde functionaris is de first responder leader. De medewerkers voor die functie worden in 2020 getraind en geëxamineerd. Daarnaast maken Officieren van Dienst, crisismanagers, persvoorlichters en de beveiliging deel uit van de bedrijfsnoodorganisatie. Een bijzonder aandachtspunt voor het first responder bno-team van Albemarle is dat niet alleen de eigen gebouwen en terreinen onder het werkgebied vallen. Ook vrachtwagens of tankschepen die aan de kade van het fabrieksterrein afmeren, vallen onder de zorg van de bedrijfsnoodorganisatie. In het opleidings- en trainingstraject is daarom ook gericht aandacht besteed aan incidentbestrijding aan boord van schepen.

Altijd op de hoogte van het laatste nieuws over veiligheid?

Ontvang de gratis nieuwsbrief van Vakblad Veiligheid

Certificering is een feit


Na drie jaar bouwen, opleiden en trainen ‘staat’ de bedrijfsnoodorganisatie van Albemarle, maar Bosscher en zijn team werken nog aan het ‘finetunen’ van de organisatie. De eerste belangrijke stap is gezet met de uitreiking van de certificaten aan alle teamleden na de examens in november vorig jaar en vanaf januari is ook de certificering van de bedrijfsnoodorganisatie als geheel een feit. Bosscher. “Dat was niet alleen onze eigen behoefte, maar feitelijk ook een eis van de Brzo-toezichthouder. Brzo-inspecteurs die ons bedrijf periodiek inspecteren op veiligheid, beschouwen ook de interne hulpverleningsorganisatie. De inspecteurs hadden aangegeven dat zij meer inzicht wilden in de kwaliteitswaarborg van de opleiding en training van ons first responder bno-team. Daar hebben we in 2019 op ingezet, als onderdeel van het consolidatieproces van de ombouw naar de nieuwe bno. Het FiRe bno-keurmerk van NIBHV geeft zowel het bedrijf als de toezichthoudende overheid het vertrouwen dat het met de kwaliteit van onze noodorganisatie goed zit.” RJ//

Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd in Veiligheid 80, eerste kwartaal 2020

the Kick-ass Multipurpose WordPress Theme

© 2024 Kicker. All Rights Reserved.