Bij brand de lift niet gebruiken. Het gros van de Nederlanders heeft dit uitgangspunt tussen de oren zitten. Maar hoe zit het eigenlijk precies met het veilig en verantwoord gebruik van liften tijdens een ontruiming? Susan Eggink-Eilander vertelt over de actuele ontwikkelingen en ‘need to knows’ voor de bhv-praktijk.
“We staan aan het begin van een kanteling in het denken over het gebruik van liften tijdens een brand”, zegt Susan Eggink-Eilander, projectmanager bij de businesslijn Milieu, Veiligheid & Gezondheid van ingenieurs- en adviesbureau Antea Group. “Over dertig jaar kijken we misschien terug op deze periode als een bijzondere tijd van verandering. Sinds het ontstaan van liften – eerst voor goederen, later ook voor mensen – is de mantra altijd geweest dat je een lift bij brand niet mag gebruiken. Ook internationaal. Door Kamervragen en een diepgaand onderzoek in 2018 begint dat uitgangspunt langzaam maar zeker te veranderen.”
Onderzoek over veilig vluchten met de lift
Reguliere liften zijn niet ontworpen om te gebruiken bij brand. Maar welke mogelijkheden zijn er om liften toch in te zetten voor een ontruiming tijdens een brand, bijvoorbeeld in gebouwen waar ouderen of mensen met een beperking wonen, die niet via de trap kunnen vluchten? Dat was de vraag die toenmalig minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in 2018 neerlegde bij Eggink en haar collega’s van Antea Group.
Uit het onderzoek blijkt dat er situaties zijn waarbij het realiseerbaar is om op een veilige en verantwoorde wijze een lift te gebruiken bij de ontruiming van een gebouw. Soms zijn er eerst aanpassingen in het gebouw noodzakelijk. Naast de bouwkundige en installatietechnische componenten spelen bovendien ook organisatorische vraagstukken. Want hoe kun je als gebruiker of eigenaar vaststellen of het gebruik van de lift een veilige vluchtroute geeft?
Bouwkundige, installatietechnische en organisatorische ontwikkelingen
Eggink ziet dat het onderzoek, dat ontstond in reactie op Kamervragen over ontruimingen na branden, verschillende ontwikkelingen in gang heeft gezet. “In de consultatie- en wijzigingsronden van het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl), de opvolger van het huidige Bouwbesluit die naar verwachting op 1 juli 2022 in werking treedt, zijn voorstellen voor bouwtechnische voorschriften opgenomen die de kans vergroten dat liften bij een brand gebruikt kunnen worden. Er is bijvoorbeeld voorgesteld dat er altijd een portaal voor de lift is met een zodanige brand- en rookwerendheid dat mensen er veilig kunnen wachten.”
Leveranciers van liften en het Liftinstituut, die meewerkten aan het onderzoek, zien volgens Eggink de urgentie van installatietechnische veranderingen om liftgebruik na een brand mogelijk te maken. “Er is een sterke wil om liften door te ontwikkelen tot een veilige omgeving die verminderd zelfredzame mensen tijdens een ontruiming na een brand kunnen gebruiken. Bij brancheverenigingen en keuringsinstanties bestaan tegelijkertijd ook vragen en zorgen, bijvoorbeeld over keuringen en certificeringsrichtlijnen. De huidige norm om een lift te ontwerpen en realiseren staat in een boekwerk van meer dan honderd bladzijden, vol met regels over waar een lift allemaal aan moet voldoen. Het is ingewikkeld om liftgebruik bij brand daarin in te passen.”
Binnenkort start Antea Group met een nieuw onderzoek om samen met de brandweer, het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, brancheverenigingen en liftleveranciers te kijken naar mogelijke installatietechnische knelpunten en eventuele oplossingen daarvoor.
De veranderingen in de organisatorische randvoorwaarden voor liftgebruik bij brand staan nog in de kinderschoenen, signaleert Eggink. “Het thema leeft kennelijk niet bij gebruikers en eigenaren van gebouwen. Toch is er echt awareness nodig, want mensen moeten natuurlijk weten wat ze kunnen doen bij een ontruiming. Mensen moeten vooral ook het vertrouwen hebben dat een lift veilig kan worden gebruikt tijdens een brand en zich daar comfortabel bij voelen. Technisch gezien is het zeker mogelijk, maar we moeten een denkwijze veranderen die al meer dan honderd jaar bestaat.”
Vragen stellen
Denk goed na over wat er mogelijk en nodig is om een lift bij een brand te gebruiken, adviseert Eggink aan bhv-organisaties. “Overal waar je ziet dat er mensen zijn die van anderen afhankelijk zijn om bij brand te vluchten, kun je de vraag stellen: wat is er nodig om de lift tijdens een brand toch te laten werken? Bhv-coördinatoren en Hoofden bhv zijn als geen ander in staat om – op basis van kennis van het gebouw en van de hulpverlening – de juiste vragen te stellen en het gesprek aan te gaan met de gebouweigenaar, het bhv-team, de brandweer, de liftleverancier en andere betrokkenen.” Eggink geeft het voorbeeld van een lift die moet worden vervangen, wat gemiddeld elke vijftien jaar het geval is. Dat is een logisch moment om te kijken of er een variant mogelijk is die bij brand gebruikt kan worden.
Het onderzoek schetst al verschillende praktische oplossingen voor organisaties die toewerken naar brandveilig liftgebruik. “In woongebouwen met portieketages, waar dus geen brand- en rookvrije wachtruimte is, wordt het moeilijk om de situatie zonder al te grote ingrepen te veranderen. Maar er zijn meer mogelijkheden in bijvoorbeeld een woongebouw met zes verdiepingen en aan weerszijden van het gebouw een trappenhuis en lift. Dan zou je bij een incident aan de ene kant van het gebouw misschien gebruik kunnen maken van de trappen én liften in het andere gedeelte.”
Slimme oplossingen
“Er zijn geen juridische beperkingen, er is nergens in de wet vastgelegd dat een lift tijdens een brand niet mag worden gebruikt”, benadrukt Eggink.
Er is nergens in de wet vastgelegd dat een lift tijdens een brand niet mag worden gebruikt
“Je krijgt misschien te maken met praktische hindernissen, zoals een gebouw met een lay-out die het lastig maakt om brand- en rookvrije ruimten voor de liften te creëren. Maar als er bij een oud gebouw wordt gedacht aan nieuwbouw of aan grootschalige renovatie, durf dan zeker de vraag te stellen of er mogelijkheden zijn om de liften brandveilig te maken. En zoek naar slimme oplossingen om kwetsbare groepen zo veilig mogelijk onder te brengen. Een kinderdagverblijf wil je misschien eerder op de begane grond vestigen dan op de bovenste etage van een kantoorgebouw.”
Oefenen als sluitstuk
Hoe kunnen bhv’ers bijdragen aan een veilige vluchtroute met behulp van een lift? Eggink: “Je moet allereerst zeker weten dat de bouwkundige en installatietechnische componenten in orde zijn. Gebruikers van een gebouw mogen niet door rook worden overvallen en installaties moeten tijdens de brand blijven werken. De lift moet een stand-alone zijn die ook tijdens incidenten met brand en rook goed blijft werken. Oefenen is het sluitstuk. Mensen moeten begrijpen wat het in de concrete situatie betekent om de lift te gebruiken voor een ontruiming.” Met opleidingen, trainingen en oefeningen kunnen bhv’ers worden bijgeschoold om gebouwgebruikers praktisch te ondersteunen bij het liftgebruik.
Er liggen kansen om de brandmeld- en ontruimingsalarminstallaties te koppelen aan de bhv-organisatie, voegt Eggink toe. “De installaties kunnen de ontdekkings- en alarmeringstijd sterk verkorten. Met de signalering van de brand en de inschakeling van de bhv kun je vervolgens snel een scenario bepalen. Dat is een gebruikelijke gang van zaken, maar nu maak je explicieter de vertaalslag naar het gebruik van liften. Is er in een noordelijke vleugel van het gebouw een brand en gaan we via een zuidelijke route evacueren? Check dan meteen: kunnen we daarbij de liften inzetten?”
Kijken naar kansen
“Het is belangrijk dat bhv-organisaties weten dat we ons in een overgangsperiode bevinden en dat het goed en belangrijk is om vragen te stellen en naar mogelijkheden te zoeken om liften veilig te gebruiken tijdens een ontruiming”, zegt Eggink over de nabije toekomst. “Nederland is wat dit betreft een Europese koploper en het kan nog tientallen jaren duren voordat alles in wet- en regelgeving is vastgelegd. Daar kun je op wachten, maar je mag ook nu al kijken naar waar de kansen liggen. Als je kwetsbare mensen daarmee kunt helpen, waarom zou je de mogelijkheden dan eigenlijk niet verkennen?” LD//
Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd in Veiligheid 86, vierde kwartaal 2021