De herziene regeling over de aanvullende risico-inventarisatie en -evaluatie (ARIE) is sinds 1 januari 2023 van kracht. Dat heeft gevolgen voor bedrijven die al ARIE-plichtig waren én voor bedrijven die door de herziene regeling ARIE-plichtig worden. Alle ARIE-bedrijven moeten zich (opnieuw) aanmelden bij de Nederlandse Arbeidsinspectie.
De ARIE-regeling is op de volgende hoofdlijnen herzien:
- De aanwijssystematiek is vereenvoudigd. Met deze aanwijssystematiek kunnen werkgevers bepalen of hun bedrijf ARIE-plichtig is. In de huidige ARIE-regeling is deze moeilijk toepasbaar voor de werkgever en daarom wordt in de herziene regeling uitgegaan van een vastgestelde lijst van stoffen met bijbehorende drempelwaarden.
- De aanwijssystematiek is geharmoniseerd met de CLP-verordening. Hierdoor wordt de oudere EU-wetgeving afgestemd op het wereldwijd geharmoniseerde systeem voor de indeling en etikettering van chemische stoffen.
- De handhavingsmogelijkheden zijn aangepast. Naast het strafrecht kan nu ook bestuursrecht van toepassing zijn op overtredingen van de ARIE-regeling.
- De ARIE-regeling sluit beter aan op het Brzo 2015.
- De meldplicht is uitgebreid: ARIE-plichtige bedrijven moeten zich aanmelden bij de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA).
Voldoen aan verplichtingen
Was de oude ARIE-regeling op je bedrijf van toepassing en blijf je ARIE-plichtig? Dan moet je bedrijf sinds 1 januari 2023 ook voldoen aan alle verplichtingen uit de herziene ARIE-regeling, met uitzondering van het opstellen van scenario’s en noodplan.
Wordt je bedrijf onder de herziene regeling voor het eerst ARIE-plichtig? Dan geldt een implementatietermijn van één jaar, waarin slechts aan enkele verplichtingen hoeft te worden voldaan. Per 1 januari 2024 moet je bedrijf aan alle herziene verplichtingen voldoen.
Werkgevers moeten altijd zelf controleren of de ARIE-regeling op hun bedrijf of inrichting van toepassing is.